
Spreekwoorden: (1914)
In (zijn) pontificaal zijn,d.w.z. op zijn best gekleed zijn; eig. gezegd van een bisschop, die in zijn pontificaal gewaad gekleed is, d.i. in zijn gewaad van Pontifex, d.i. opperpriester; vandaar ‘in (zijn) pontificaal zijn’, in zijn staatsiekleed zijn, zijn beste plunje aanhebben. Zie C...
Gevonden op
https://www.encyclo.nl/lokaal/10778

Spreekwoorden: (1914)
In (zijn) pontificaal zijn,d.w.z. op zijn best gekleed zijn; eig. gezegd van een bisschop, die in zijn pontificaal gewaad gekleed is, d.i. in zijn gewaad van Pontifex, d.i. opperpriester; vandaar ‘in (zijn) pontificaal zijn’, in zijn staatsiekleed zijn, zijn beste plunje aanhebben. Zie C...
Gevonden op
https://www.encyclo.nl/lokaal/10778
Geen exacte overeenkomst gevonden.